Stilte

Het is nu anderhalf jaar geleden dat ik mijn maatje verloor. Het lijkt gisteren en het lijkt een ander leven. Een leven dat ik, denk ik, best wel weer goed heb ingericht. Toch denk ik nog iedere dag aan mijn maatje. Niet altijd vanuit verdriet. Ook ‘gewoon’ bij een herinnering. Of als ik denk “dat zou hij leuk gevonden hebben.” Wat zou hij genoten hebben van Kaatje en het kattenkwaad dat ze uithaalt.

Ik probeer er niet te veel over te praten. De mensen zijn verdergegaan en verwachten dat ook van mij. Dat doe ik ook, ik geloof niet dat ik er in ben blijven hangen. Maar er zijn dagen dat de stilte weer zo voelbaar is. Bij de eerste warme dag, als ik alleen in de tuin zit. Of als ik bij het tuincentrum alleen besluit welke plantjes ik koop. Het zijn hele simpele dingen, ze stellen eigenlijk niks voor. Het is niet dat ik nu ineens Afrikaantjes ga kopen. Maar de voldoening is toch minder groot als je hem niet kunt delen.

Het is ook bijna niet uit te leggen. Je moet het meegemaakt hebben om het te begrijpen. Hoe zwaar dat ook klinkt.

Gelukkig gebeurt er dan meestal wel iets dat het trieste gevoel verdrijft. Dat ik denk “hoe kan Kaatje aan dat blad ruiken, die plant staat daar helemaal niet.” Hm, nee, origineel niet nee, maar madam heeft hem met wortel en al meegesleept. En ze schaamt zich er niet eens voor. Sterker nog, ik verdenk haar ervan dat ze stiekem trots is dat ze het toch maar mooi voor elkaar gekregen heeft. Ook daar zou mijn maatje hartelijk om hebben kunnen lachen. Stef kijkt het eens aan en denkt “oehh, dat mag helemaal niet”, ik zie het aan zijn kop. Ach Stef, jij hebt ook heel wat Hortensia-takken vermorzeld, toen je nog klein was. En dat verdrijft de stilte dan toch wel weer.

Ik denk dat het ook altijd wel zo zal blijven. Lief en leed van 35 jaar vlak je niet uit. Dat gaat nooit meer weg. Waar ik ook naar toe ga, mijn maatje zal altijd naast me blijven lopen. En ik denk (stiekem) dat hij best trots op mij is.

Advertentie