Bijna vijf maanden is het nu geleden dat je overleed. Vijf maanden geleden al, maar het lijkt nog steeds wel gisteren. Nog steeds ongelofelijk. Maar toch echt waar. Inmiddels zijn de meeste zaken geregeld en afgehandeld. Huis, abonnementen, verzekeringen, alles is opgezegd en opgeruimd. Soms komt er nog een verdwaalde brief binnen, schrijnend gericht aan “de erven”. Dan moet er nog iets doorgegeven of uitgelegd worden. Maar dat wordt ook steeds minder.
Een andere vraag dient zich nu aan. Wat gaan we doen met je as. Dat blijkt toch best lastig om over na te denken. De mensen van de uitvaartverzekering hebben ons een heel overzicht gestuurd. Tegenwoordig is er vanalles mogelijk. Je kunt je dierbare zelfs uit laten strooien door een vliegtuig, boven zee. Als je wilt, mag je mee. Natuurlijk tegen een gepaste vergoeding, dat wel. The sky is the limit, als je maar betaalt. Er bestaat zelfs een webshop waar je herinneringsproducten kunt bestellen. Honderden euro’s kun je hier kwijt. Overlijden is big business.
We schuiven het nog maar even voor ons uit. Jij hield niet van poppenkast, je hebt de as van ma gewoon bij het crematorium laten uitstrooien op het strooiveld. Dat was jouw wens. Maar dat voelt voor ons op dit moment toch niet goed.
Nee, ik denk dat wij wel een mooi plaatsje weten. Jij kwam daar graag. Officieel moeten we de eigenaar om toestemming vragen. We weten alleen niet precies wie dat is. En gaan er dus maar vanuit dat hij, of zij, het niet erg zal vinden. We hebben nog niet besloten wanneer we dat gaan doen. Wel dat er verder niemand bij aanwezig zal zijn. Waarschijnlijk komt dat moment vanzelf. Als de tijd daar is.