Orde en netheid

Wij Nederlanders, wij houden van orde. Twee aan twee in de bus, braaf achter de rug van de chauffeur, laten we ons rijden naar een plaats die we vooraf hebben uitgezocht volgens een route die vastligt. Gezamenlijk naar de huishoudbeurs of een ander stompzinnig evenement. Als het maar van te voren georganiseerd is. “Gezellig,” zeggen we tegen elkaar. We hebben de pepermunt en de broodjes met kaas in onze tas. ’s Ochtends hebben we gecheckt of we alles hebben, paspoort, portemonnee, zakdoekjes. Yep, we kunnen op pad. We hebben een reisverzekering afgesloten en overal rekening mee gehouden.

We plannen ons dagelijks leven met een nauwkeurigheid die de medewerkers van NASA niet zou misstaan. Regels en wetjes, daar zijn wij van. Daar houden wij van. Sterker nog, zonder dat gedegen fundament wordt het in Nederland een zootje, daar zijn wij collectief van overtuigd. Arrogant kijken wij naar andere landen. Zie daar toch eens, wat een rommel. Zij doen het natuurlijk helemaal verkeerd. We weten commentaar te leveren op alles wat onze medemens anders doet. Tenslotte doen wij het goed, zij niet.

Die orde, die verwachten we ook van de mensen in onze omgeving. Het is natuurlijk wel de bedoeling dat iedereen in het gareel loopt. Want oh, stel je voor dat er Nederlanders zijn die anders zijn en op een bepaald vlak de boot hebben gemist. Nee, daar moeten we beslist een televisieprogramma van maken, zodat we met de rest van Nederland ons collectief kunnen verbazen over hoe dat soort mensen vakkundig weer op de rails worden gezet. Voorbeelden te over. John Williams buigt zich als deskundige over de problemen en Anne-Marie van Gaal schreef er (als vroeger Professor Akkermans) een boekje over. Zij komt niet in de problemen, tenslotte koopt de Nederlander deze bijbel massaal, bang als zij zijn om in het verdomhoekje van de televisie terecht te komen. Wat zouden de buren er wel van zeggen.

Probleemgezinnen plaatsen we in aparte wijken, asielzoekers achter hekken in een speciaal centrum, mensen met een afwijking in een tehuis, probleem opgelost. Orde. Voor alles hebben we een plaats. Vroeger noemden we dat een gesticht maar dat mag niet meer, dat is niet maatschappelijk verantwoord. Het moet wel met de mantel der liefde bedekt worden, tenslotte hebben we het beste met iedereen voor.

Verzorgd van de wieg tot het graf. Onze ouders hebben er voor gevochten. Wat ze niet konden weten, is dat tegen de tijd dat het eigenlijk toch niet meer betaalbaar was, we er ook ongelofelijk in doorgeschoten zijn. Eigen initiatief wordt niet meer op prijs gesteld. Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Mensen die anders willen leven dan de meute, worden voor gek versleten. Ze moeten bij voorkeur ook niet in de stad wonen, maar ergens achteraf op het platteland. Tenslotte wonen op het platteland voornamelijk domme mensen, niet hip, niet op de hoogte van de laatste trends, daar kun je wel een afwijking tussen plaatsen. Daar hebben ze toch geen erg in.

En als we alles dan zorgvuldig registeren, dan hebben we tenminste ook weer een batterij ambtenaren aan het werk. Voor alles bestaat een formulier en een stempel. Gelukkig.

Het leven wordt er een stuk overzichtelijker door voor ons Nederlanders. Al onze angsten zijn vakkundig in een hokje geplaatst. We hoeven niet meer na te denken, dat doen deskundigen voor ons. En dat is veel beter, tenslotte hebben zij er voor doorgeleerd.

Wat jammer toch, dat we zijn vergeten dat je van mensen met een andere overtuiging of levenswijze kunt leren. Dat je daar niet armer van wordt, zoals Geert Wilders ons wil doen geloven, maar rijker.

2 gedachtes over “Orde en netheid

  1. En je blijft zo lelijk als de nacht zonder die make-up en als je die kleren niet draagt ga je doodongelukkig dood en zonder die tandpasta blijf je je leven lang alleen en laten we het maar niet hebben over deze shampoo: zo wil je toch niet gezien worden?
    Heerlijk herkenbaar en het heel erg met je eens!

    Like

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.